Hoe belangrijk is de hoogte van een windmolen?

Alles over de ashoogte, rotordiameter en tiphoogte van een windmolen

Windmolens zijn de laatste jaren steeds hoger geworden. Maar waarom is de hoogte van een windmolen zo belangrijk en wat betekent dat voor de toekomst? Dat lees je in dit artikel.

Ashoogte, rotordiameter en tiphoogte van een windmolen

Als we het over de hoogte van een windmolen hebben hoor je termen die misschien helemaal nieuw voor jou zijn. We praten dan bijvoorbeeld over ashoogte, rotordiameter en tiphoogte. Hieronder zie je wat we daarmee bedoelen.

Hoe belangrijk is de hoofgte van een windmolen

Hoogte en opbrengst gaan hand in hand

De stroomopbrengst is afhankelijk van de hoogte van de windmolen. Met name de rotordiameter is belangrijk. Hoog in de lucht waait het vaker en harder. Hoe groter de rotordiameter, hoe meer wind de wieken vangen en hoe meer groene stroom de windmolen opwekt. Over het algemeen geldt de regel: als de wieken van een windmolen twee keer zo groot zijn, is de opbrengst (in kWh) vier keer zo hoog.

De stroomopbrengst is afhankelijk van de hoogte van de windmolen.

De stroomopbrengst is afhankelijk van de hoogte van de windmolen.

Voorbeeld: Windpark Treurenburg

In 2011 bouwden we Windpark Treurenburg. Het windpark in ’s-Hertogenbosch bestaat uit één windmolen die gemiddeld per jaar ongeveer 4,5 miljoen kWh groene stroom opwekt. Vlakbij deze locatie wordt momenteel een nieuw windpark van vier windmolens gebouwd: Windpark De Rietvelden. In de onderstaande tabel zetten we de verschillen op een rij.

Eigenschappen Windpark Treurenburg Windpark de Rietvelden
Ashoogte 98 meter 119 meter
Rotordiameter 82 meter 117 meter
Wieklengte 41 meter 58,5 meter
Tiphoogte 139 meter 177,5 meter
Opbrengst per jaar per windmolen 4,5 miljoen kWh 9,5 miljoen kWh

 

Zoals je ziet zijn de wieken van de windmolens in Windpark De Rietvelden ongeveer 1,5 keer zo groot als de wieken van Windmolen Treurenburg. De opbrengst daarentegen is twee keer zo groot. Een grotere windmolen is dus efficiënter dan een kleinere.

Bij Windpark Deil in de gemeente West-Betuwe zie je dat effect nog beter. Daar zijn elf windmolens gebouwd, waarvan twee van Pure Energie. Deze windmolens hebben een ashoogte van 140 meter en een rotordiameter van 136 meter. Deze windmolens wekken per stuk maar liefst circa 15 miljoen kWh per jaar op. Ter vergelijking: in Deventer staat Windpark Kloosterlanden. Deze windmolens hebben een ashoogte van 85 meter en een rotordiameter van 92 meter. Deze twee windmolens samen wekken gemiddeld 8,5 miljoen kWh per jaar op. Dat betekent dat één windmolen van Windpark Deil per jaar ongeveer twee keer zoveel opwekt als de twee lagere windmolens van Windpark Kloosterlanden samen.

Opwek windmolens bij grotere wieken

Minder overlast bij een hogere windmolen

Veroorzaakt een grotere windmolen meer hinder voor omwonenden? Hoe groot is het verschil tussen kleine en grotere windmolens en wat zie je daar van? Dit zijn vragen die met name omwonenden van nieuwe windmolens ons vaak stellen.

Grotere windmolens geven een rustiger beeld in het landschap, dan de kleine die snel ronddraaien. Om verschillen in beeld te brengen hebben we visualisaties gemaakt van Windpark De Rietvelden in ’s-Hertogenbosch. In deze visualisaties hebben we de nieuwe windmolens geplaatst in het gebied waar ook de oude windmolen te zien is.

Windpark de Rietvelden

De meest linkse windmolen is die van Windpark Treurenburg. De andere vier windmolens zijn onderdeel van Windpark De Rietvelden. Windpark Treurenburg staat op deze foto het dichtstbij het punt waar de foto is genomen. Op de website van Windpark De Rietvelden kun je meer foto impressies vinden en informatie over de locatie van het nieuwe windpark.

Voor een ander voorbeeld gingen we zelf op bezoek in de Eemshaven. Daar staat een windmolen met een tiphoogte van 200 meter. Deze heeft zijn naam, ‘David’, te danken aan de nabijgelegen poldermolen, ‘De Goliath’, uit 1897. In de Eemshaven maakten we deze foto:

Windpark vanaf de Eemshaven

Helemaal links op deze foto zie je ‘David’. Rechts zie je een windmolen met een tiphoogte van 144 meter. De rechter windmolen staat overigens net wat verder weg dan ‘David’. Hieronder zie je dezelfde foto, maar dan met de hoogte en afstand er bij. ‘David’ is 56 meter hoger dan de windmolens om hem heen. Toch merk je daar niet veel van wanneer je op de grond staat te kijken.

Eemshaven afmetingen

Wat betreft slagschaduw en geluidsregels is er geen verschil. Een grotere windmolen maakt niet automatisch meer geluid dan een kleinere windmolen, bovendien draaien grote windmolens langzamer rond, wat een rustiger beeld geeft. Regels voorkomen dat een grotere windmolen meer geluid en slagschaduw mag veroorzaken bij een woning dan een kleinere windmolen. De regels zijn hetzelfde, ongeacht de hoogte van de windmolen. Daar komt bij dat de techniek in windenergie zich ontzettend snel ontwikkelt. Fabrikanten zoeken continu naar manieren om windmolens stiller te maken. Zo kan het best zijn dat een nieuwe, grotere windmolen juist minder geluid maakt dan een oudere en kleinere. 

Verschil tussen tiphoogte van 170 meter en 231 meter

Hieronder tonen we met behulp van twee visualisaties het verschil tussen windmolens met een tiphoogte van 170 meter en een tiphoogte van 231 meter. De windmolens staan in beide visualisaties op exact dezelfde positie.
In deze eerste visualisatie hebben de windmolens een ashoogte van 110 meter, een rotordiameter van 120 meter en dus een tiphoogte van 170 meter.

De hoogte van een windmolen Pure Energie A

In deze tweede visualisatie hebben de windmolens een ashoogte van 150 meter, een rotordiameter van 162 meter en dus een tiphoogte van 231 meter.

De hoogte van een windmolen Pure Energie B

Hoogte en subsidie van windmolens

Om windmolens te kunnen exploiteren, moeten wij een subsidie aanvragen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. De zogenaamde SDE++. Deze subsidie hebben wij nodig om windmolens financieel haalbaar te maken. Die subsidie is ook nodig bij andere vormen van duurzame energie, zoals grote zonneparken en biomassa.

De kostprijs (per kWh) van duurzame energie is op dit moment hoger dan de kostprijs (per kWh) van energie uit fossiele bronnen zoals steenkool en gas. De overheid wil de productie van duurzame energie stimuleren en verstrekt daarom een subsidie: de SDE++. De SDE++ vergoedt het verschil tussen de opbrengst van een kWh grijze stroom en de kostprijs van een kWh groene stroom. Op die manier kunnen wij groene stroom aanbieden voor een concurrerende prijs ten opzichte van grijze energieleveranciers.

Maar de SDE++ daalt vrijwel ieder jaar. Daarom moet de kostprijs per kWh omlaag, omdat windmolens anders niet meer rendabel zijn. Een grotere windmolen is weliswaar duurder in aanschaf, maar doordat deze veel meer stroom produceert zijn de kosten per kWh veel lager. Daardoor kan de SDE++ subsidie omlaag, waardoor belastinggeld via de subsidie zo efficiënt mogelijk wordt besteed. De verwachting is zelfs dat over enkele jaren wellicht al de subsidie niet of nauwelijks meer nodig is, maar dat kan alleen met de modernste, hoge windmolens.

Hoogte is efficiëntie

Hoge windmolens wekken veel stroom op. Het is zelfs mogelijk om met minder windmolens, méér stroom opwekken. De laatste jaren zijn er veel hoge windmolens bij gekomen. Dat heeft gezorgd voor sterke groei in het opgestelde vermogen aan windenergie in Nederland.

In de onderstaande afbeelding zie je dat 63% van de elektriciteitsproductie wordt verzorgd door windmolens met een ashoogte van 71 meter en hoger. En dat terwijl dit maar ongeveer een derde is van alle windmolens in Nederland is.

Pure Energie wil zo snel mogelijk naar een 100% duurzame elektriciteitshuishouding in Nederland en daarvoor hebben we heel veel groene stroom nodig. Wij verkopen alleen de stroom die we zelf opwekken met onze windmolens en zonnepanelen. Daarom werken we continu aan nieuwe windparken en zonne-energie projecten in Nederland. De hoogte van windmolens zal zich de komende jaren blijven ontwikkelen zodat we uiteindelijk toe kunnen naar een 100% duurzaam Nederland.

Geschreven door
Arthur Vermeulen
Arthur Vermeulen Directeur Projecten